3679. Regionale Energiestrategie 2.0 Arnhem Nijmegen

In de Groene metropoolregio Arnhem Nijmegen (GMR) werken 16 gemeenten, de provincie Gelderland, 3 waterschappen en netbeheerder Liander samen aan de realisatie van duurzame energie. GMR wil met windturbines en zonnevelden duurzame elektriciteit opwekken. Daarnaast heeft zij een plan gemaakt voor omschakeling naar duurzame warmte

Procedure en adviezen

Reikwijdte en detailniveau
24-08-2022 Adviesaanvraag bij de Commissie mer
12-01-2023 Advies reikwijdte en detailniveau uitgebracht
Advies reikwijdte en detailniveau
Persbericht
Toetsing
11-04-2023 Aanvraag toetsingsadvies bij de Commissie mer
02-11-2023 Toetsingsadvies uitgebracht
Toetsingsadvies
Persbericht

Opmerkingen bij de advisering

Toetsingsadvies
Aanvankelijk wilde de regio met behulp van het milieueffectrapport zoekgebieden vaststellen voor windturbineparken en zonnevelden. De regio heeft de Commissie echter begin oktober op de hoogte gebracht van de veranderingen in het besluitvormingsproces. Hieruit blijkt nu dat de gemeenten later pas concrete afwegingen en keuzes over gebieden voor windturbines en zonnevelden gaan maken.
Het onderzoek uit het rapport kan door de gemeenten straks hergebruikt worden bij deze afwegingen en keuzes. Een belangrijk aandachtpunt daarbij is dat de informatie over natuur en landschap volgens de Commissie nu nog van onvoldoende kwaliteit is. Natuurgevolgen zijn mogelijk onderschat. Voor landschap is het niet duidelijk of alle voorgestelde zoekgebieden wel ‘geschikt’ zijn.
Ook vraagt de Commissie bij de gemeenten aandacht voor het bewaken van de samenhang tussen gebieden voor duurzame energieproductie. Dit is belangrijk, bijvoorbeeld om onbedoelde opeenstapeling van negatieve milieueffecten te voorkomen. Onderzoek hiernaar is in het milieueffectrapport achterwege gebleven.

Advies reikwijdte en detailniveau
De regio zet straks in het milieueffectrapport eerst op een rij welke gebieden ongeschikt zijn voor de opwek van duurzame energie. Voor de overgebleven kansrijke gebieden ontwerpt ze verschillende alternatieven en onderzoekt daarvan de milieueffecten. De door de GMR voorgestelde uitwerking is solide en logisch.
In haar advies geeft de Commissie suggesties voor het uit te voeren onderzoek. Een voorbeeld hiervan is het laten zien wat grootschalige zonnevelden doen in de verschillende (kwetsbare) landschappen van de regio.

Betrokken partijen

Samenstelling van de laatste werkgroep

ir. Peter van der Boom, MA
dr. Theo Fens
ir. Arjen Goutbeek
Jasper Hugtenburg, MSc MLA

Voorzitter: ir. Annemie Burger
Werkgroepsecretaris: drs. Sjoerd Harkema

Initiatiefnemer en Bevoegd gezag

Initiatiefnemer
Gemeente(n)/Provincie RES regio Arnhem-Nijmegen

Bevoegd gezag
Gemeente(n)/Provincie RES regio Arnhem-Nijmegen

Overige gegevens

Gebied: Nederland, provincie Gelderland


Categorieƫn Besluit m.e.r.

Code Omschrijving
007.1 Plan-m.e.r. vanwege kaderstelling en passende beoordeling
C15.1 2018: infriltratie van water in de bodem of onttrekking grondwater alsmede wijziging of uitbreiding van bestaande infriltraties en onttrekkingen >=10 milj m3 pj
C22.1 2018: oprichting, wijziging of uitbreiding van thermische centrales en andere verbrandingsinstallatie met vermogen >=300 megawatt(thermisch)
C22.2 2018: oprichting, wijziging of uitbreiding van een windturbinepark >=20 windturbines
C24 2018: aanleg, wijziging of uitbreiding van een bovengrondse hoogspanningsleiding >=220 kilovolt en >=15 kilometer
D08.4 2018: aanleg, wijziging of uitbreiding van een buisleiding met diameter >=1 m en lengte >=10 km voor transport van warm water of stoom
D09 2018: landinrichtingsproject dan wel een wijziging of uitbreiding daarvan indien functiewijziging van water, recreatie of landbouw >=125 ha of glastuinbouwgebied of bloembollenteeltgebied >= 50 ha
D17.2 2018: diepboringen of wijziging of uitbreiding daarvan, in het bijzonder geothermische boringen, boringen in verband met opslag kernafval, of boringen voor watervoorziening muv onderzoek grondstabiliteit
D22.1 2018: oprichting, wijziging of uitbreiding van een industriƫle installatie bestemd voor de productie van elektriciteit, stoom en warm water indien elektriciteitscentrale met een vermogen van 200 megawatt (thermisch) of meer en, indien het een wijziging of uitbreiding betreft, en het vermogen met 20% of meer toeneemt of de inzet van een andere brandstof tot doel heeft
D22.2 2018: oprichting, wijziging of uitbreiding van een windturbinepark indien gezamenlijk vermogen van >= 15 megawatt (elektrisch), of 10 windturbines of meer
D24.1 2018: De aanleg, wijziging of uitbreiding van een bovengrondse hoogspanningsleiding met een spanning van >= 150 kilovolt of lengte >= 5 km of door gevoelig gebied
D24.2 2018: De aanleg, wijziging of uitbreiding van een ondergrondse hoogspanningsleiding met een spanning >=150 kilovolt of een lengte >= 5 km in een gevoelig gebied als bedoeld onder a,b of d van onderdeel A1

Bijgewerkt op: 02 nov 2023